In Eeklo werd recent het pilootproject ‘Power Up’ opgestart. De stad maakt budget vrij om het instapbedrag om lid te worden van burgercoöperaties voor te financieren voor de meest kwetsbare gezinnen. Dit leek me een zeer mooi idee om ook in Gent in te voeren en dus schotelde ik het voor aan de schepen. Lees hier de hele vraag

Vraag Emilie Peeters

In tijden waarin de energierekeningen de pan uitswingen is het belangrijk nieuwe aanpakken uit te testen om die kosten zoveel als mogelijk te drukken. Zeker voor gezinnen die het financieel niet breed hebben. Energiearmoede vraagt om een duurzame en structurele oplossing.

De keuze voor lokale en groene burgerstroom toonde in deze crisis reeds dat het een grote impact kan hebben op de energiefactuur. Zo zou een huishouden dat in 2022 burgerstroom afnam, gemiddeld een energiefactuur hebben die 800 euro lager ligt dan bij een commerciële speler. Maar voor vele kwetsbare gezinnen is de instapkost van 250 euro om lid te worden van dergelijke burgercoöperatie een drempel.

In Eeklo werd recent het pilootproject ‘Power Up’ opgestart. Meer info hier: https://www.socialenergyplayers.eu/belgie/. De stad maakt budget vrij om het instapbedrag om lid te worden van burgercoöperaties voor te financieren voor de meest kwetsbare gezinnen. Ze laten deze zomer 20 gezinnen instappen en breiden stelselmatig uit naar 100. Gedurende vijf jaar betalen de gezinnen het geleende bedrag terug met besparingen op de energiefactuur, daarna worden ze officieel eigenaar. Eeklo gaat het teruggestorte instapbedrag vervolgens opnieuw investeren in nieuwe kansarme gezinnen.

  • Hoe staat u ten opzichte van deze aanpak van een voorfinanciering van het instapbudget van burgercoöperaties? Zou dit in Gent ook een mogelijkheid kunnen zijn om energiearmoede bij de meest kwetsbare gezinnen aan te pakken?
  • In Eeklo blijkt deze coöperatieve aanpak ook steeds meer draagvlak te creëren voor lokale windenergie en om de meest kwetsbare mensen rechtstreeks bij de lokale energietransitie te betrekken. Welke acties doet de stad Gent die hiertoe bijdragen?
  • Eeklo werkt aan een blauwdruk voor andere steden en gemeenten om dit project over te nemen. Hebt u deze al gezien? Is dit ook bruikbaar in de Gentse context?

Antwoord schepen Tine Heysse

Hartelijk dank voor uw vraag over dit proefproject van Eeklo en Ecopower. Het kan inderdaad een interessant onderdeel zijn van het beleid om mensen in energiearmoede te helpen.

Eerst en vooral: Power Up is een proefproject, een experiment. Het start met 20 gezinnen en dat aantal zal opgetrokken worden tot 100. Tegen het einde van het jaar zullen de eerste resultaten bekend gemaakt worden. De ‘blauwdruk’ waar u naar verwijst, komt dan uit. Dan zal duidelijk moeten zijn of het model ook door andere lokale besturen gebruikt kan worden.

Wat is het Power Up precies?

Het richt zich op de gezinnen die gedropt zijn door hun energieleverancier omdat ze hun energiefacturen niet betalen
én geen recht hebben op het sociaal tarief. De Vlaamse wetgeving voorziet dat zij, eens gedropt, klant worden bij de distributienetbeheerder (Fluvius), die optreedt als de ‘sociale leverancier’.

Bij de sociale leverancier betalen deze gezinnen echter een hogere prijs voor energie dan normaal. Dat is het zogeheten ontradingstarief, bedoeld om deze mensen te stimuleren om terug te keren naar de markt. Maar het ontradingstarief zorgt er natuurlijk ook voor dat die mensen veel langer in de schulden blijven steken – net omdat hun energiefacturen zo hoog blijven. Die spiraal wil Power Up doorbreken.

De stad Eeklo schiet voor een deel van de gedropte klanten een aandeel voor van een energiecoöperatie. Daardoor worden ze ineens klant bij de coöperatie en betalen ze elektriciteit aan het goedkopere tarief van de coöperatie. Want dat ligt veel lager dan het tarief van Fluvius.

Een aandeel kost bij Ecopower eenmalig 250 euro. De gezinnen besparen elk jaar ettelijke honderden euro’s uit op hun energiefactuur. Gedurende vijf jaar betalen die gezinnen het geleende bedrag – 250 euro – terug. Dan worden ze officieel eigenaar van het aandeel en zijn ze gewoon klant.  Het teruggestorte instapbedrag kan dan vervolgens geïnvesteerd worden in nieuwe kansarme gezinnen. Het is een soort rollend fonds.

Ook Fluvius is in het project betrokken. De bedoeling is om na te gaan of dit systeem toe te passen is in heel Vlaanderen, voor alle lokale besturen, en voor alle leveranciers van elektriciteit.

Zoals ik al aangaf: Power Up is een pilootproject. We hebben goed contact met Ecopower. We volgen het project van nabij op.

Want het is niet helemaal duidelijk of het ook toegepast zal kunnen worden op schaal van een stad als Gent. 

  • Ecopower stelt dat lokale besturen die dit willen invoeren, zelf voor voldoende eigen nieuwe hernieuwbare productiecapaciteit moeten zorgen. Zonder bijkomende installaties is het niet mogelijk. Maar een nieuwe windmolen, dat zet je niet in één-twee-drie. 
  • Het is ook zo dat Ecopower al een tijdje een klantenstop heeft omdat ze onvoldoende nieuwe capaciteit kunnen installeren om nieuwe klanten te kunnen bedienen. Dus ook daarom is het nodig om als lokaal bestuur zelf te investeren in hernieuwbare capaciteit.
  • Je moet ook weten dat er in Gent ongeveer 1900 niet-beschermde gedropte klanten zijn –  in Eeklo starten ze met 20 gezinnen en gaan uitbreiden naar 100. In heel Vlaanderen is die groep 30.000 gezinnen groot. En dat dat terwijl Ecopower in totaal 54.000 klanten heeft. 
  • In het proefproject zal dus ook worden onderzocht verhouding tussen gewone klanten en kwetsbare klanten de coöperatie aankan. 

Voor dit experiment opgeschaald kan worden, moeten dus antwoorden worden gegeven. Daarom volgen we dit, samen met steden zoals Mechelen, Oostende en Leuven, van heel nabij op.

Intussen hebben we in Gent onze eigen aanpak om energiearmoede te bestrijden. Dat loopt in goede samenwerking met collega Coddens. 

Onze aanpak is tweeledig: 

Mensen met energieschulden springen we bij met premies, schuldovername, afbetalingsplannen én premies voor energiezuinige toestellen. Dat is vooral een taak van de energiecel van OCMW. Zij leveren fantastisch werk.

Daarnaast: wij zetten vooral in op preventie – op het verlagen van de facturen door energiebesparing. Dat is nog altijd de beste manier om energiearmoede te voorkomen én de transitie naar een fossielvrije toekomst mogelijk te maken.–

U vroeg ook of we in Gent soortgelijke initiatieven om de strijd tegen energiearmoede te koppelen aan draagvlak voor hernieuwbare energie? Zeker, dat doen we. Een recent voorbeeld. Als stad participeren we in een windturbine van Luminus op de terreinen van Gadot in de haven.

De opbrengst van die windturbine zal via de Energiecentrale gaan naar energiebesparing en hernieuwbare energie voor alle Gentenaars.

Een tweede voorbeeld. Met coöperatie Beauvent hebben we een grote zonne-installatie gebouwd op de daken van een houtimporteur uit de haven. Die installatie is gebouwd met kapitaal dat Gentse burgers zelf hebben ingebracht. Zij zullen dan ook delen in de opbrengst. De elektriciteit van die installatie gebruiken we in de stadsgebouwen.

Tenslotte, enkele conclusies

  • Het is een proefproject, we willen er zeker uit leren.
  • Ook in Eeklo wordt maar een klein deel van de gedropte klanten bereikt. 
  • Ecopower heeft een klantenstop. Als lokale besturen dit ook willen uitrollen, moeten ze zorgen voor bijkomende lokale productie. Maar dat vraagt tijd. 
  • In Gent leggen we de focus op energiebesparing. We hebben al heel wat projecten om energiearmoede te voorkomen.
  • Maar is het genoeg? Neen, dat niet. Daarom houden we onze ogen open voor nieuwe projecten. We hebben goed contact met Ecopower en volgen Power Up van nabij op.